Waarom is het zo moeilijk om een ei fijn te knijpen?
De sterke, stabiele koepelconstructie maakt het ei goed bestand tegen druk, terwijl het slecht tegen klappen kan.
Het geheim van het ei ligt in zijn constructie. Zijn schaal kun je zien als twee koepels die aan elkaar vastzitten.
Architectonisch gezien is de halve bol een stabiele, sterke constructie. De oorzaak daarvan is dat inwendige krachten in een koepel de constructie als geheel helpen stabiliseren.
Wanneer een koepel door druk van buitenaf wordt beïnvloed, worden de krachten geabsorbeerd en verdeeld over het geheel.
Een eierschaal bestaat in feite uit twee koepels die de drukbelasting absorberen en verdelen. De koepel is zo sterk dat vier halve schalen meer dan zes kilo boeken kunnen dragen.
VIDEO: Eieren zijn niet alleen sterk – ze kunnen ook stuiteren
Ei moet op het juiste moment kapot
Er is dan ook een enorme druk van buitenaf nodig, wil je de koepel kapot krijgen. Omdat een ei als het ware uit twee koepels bestaat, is het heel goed bestand tegen druk die op de uiteinden wordt uitgeoefend.
Maar terwijl eieren bestand zijn tegen een grote druk, zijn ze bij een flinke klap erop zó stuk. Dat komt doordat de eierschaal aan twee tegengestelde eisen moet voldoen.
Enerzijds moet de schaal het ongeboren vogeltje beschermen tegen belasting, zoals de druk van de broedende ouders. Anderzijds moet het vogeljong zelf een gaatje in de eierschaal kunnen prikken als hij klaar is om eruit te komen.
De schaal van een kippenei is maar 0,3 mm dik, dus je slaat hem zo kapot. De schaal bestaat vooral uit kalkkristallen, die in elkaar grijpen. Die kristallen maken de schaal poreus; zo kan het vogeljong zuurstof en kooldioxide uitwisselen met de omgeving.