Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.
Bekijk hele krant

NRC Handelsblad

Drugs

www.nrc.nl/boekenblog

Theodore Dalrymple betoogt in zijn boek ‘Drugs’ dat verslaafden zelf kiezen voor hun ellende. Zet hij de klok 100 jaar terug, zoals recensente Gemma Blok vorige week schreef?

Filosoof Theodore Dalrymple Foto HollandseHoogte Nederland. Amsterdam, 12-11-2005 Portret: Theodor Dalrymple. Filosoof Foto: Patrick Post/ Hollandse Hoogte
Filosoof Theodore Dalrymple Foto HollandseHoogte Nederland. Amsterdam, 12-11-2005 Portret: Theodor Dalrymple. Filosoof Foto: Patrick Post/ Hollandse Hoogte Post, Patrick / Hollandse Hoogte

Toen in 1972 in Heerlen voor de eerste keer heroïne verscheen, was er een kleine groep van de scene die zich meteen overgaf aan het gebruik van het nieuwe roesmiddel. Binnen de kortste keren bestond die groep uit ongeveer 300 junkies die voor ontzettend veel overlast zorgden. Bij mij duurde het tot 1976, toen gebruikte ik voor het eerst heroïne. Van de 300 oorspronkelijke junkies in Heerlen zijn er niet zoveel over. Velen zijn dood, anderen leven nu een leven zonder dope en een enkeling gebruikt nog steeds. Het heeft mij altijd geïntrigeerd waarom ik wel verslaafd werd aan heroïne en andere gebruikers die ik kende zich beperkten tot recreatief gebruik van amfetamines, LSD, cocaïne en andere zware drugs. Waarom ik wel en zij niet?

Beantwoording van de vraag waarom staat vaak centraal in de drugshulpverlening. Ik vond het in mijn tijd geweldig om daarover te filosoferen. Liefst met hulpverleners die mij serieus namen. Ik werd een enorme deskundige, zowel op het gebied van mijn eigen problemen als op het gebied van de gesprekstechnieken. Hoe houd ik mijn hulpverlener aan het lijntje? Hoe span ik hem voor mijn karretje? Hoe houd ik mijn verslaving in stand?

Voor mij staat het vast dat een drugsverslaafde wèl kiest en kan kiezen. Junkies zijn geen invaliden, zij zijn wilsbekwaam. Hoe zeer ook de pijn van het verleden en/of erfelijke belasting bepalend kan zijn voor de drang om een roes te zoeken, het blijft toch altijd zo dat de gebruiker kiest. De overheid kan de keus beïnvloeden door de omstandigheden waarin verslaafden leven heel moeilijk te maken. Opjagen die junks, dope duur maken, meteen afpakken, geen methadon, geen gratis spuiten, een sober gevangenisregime. Als ex-verslaafde weet ik dat de keus daardoor beïnvloed wordt.

Gelukkig was de ellende voor mij als verslaafde groot genoeg om te kiezen voor een clean leven. In 1985 klom ik uit het dal. Het afkicken, de cold turkey, het zoeken naar een nieuw leven; het was allemaal te doen, omdat de ellende die ik kende als drugsverslaafde groot genoeg was. Gelukkig was er in mijn tijd nog geen gratis heroïneverstrekking.

Pierre Diederen

We weten weinig van verslaving, maar Dalrymple gaat daar geheel aan voorbij. Ik moest denken aan al die mooie boeken en vertogen over maagzweren. Uiteindelijk bleek wat antibiotica een uitstekende oplossing en zijn alle andere theorieën een mooie dood gestorven.

Als drugsverslaving alleen maar een kwestie van willen was, zou het probleem nauwelijks bestaan. Dalrymple argumenteert zo gemakzuchtig dat zijn betoog zich alleen door ‘geleerdheid’ onderscheidt van borreltafelpraat. Er zit veel ideologie in het betoog, die blind maakt voor de complexe werkelijkheid. We moeten in Nederland maar niet gaan ‘Dalrympelen’ om de problemen in onze samenleving op te lossen.

Pieter Janszen

De heer Dalrymple zou beter moeten weten. Zelfs het experimenteren met drugs gebeurt in veel gevallen niet louter uit nieuwsgierigheid, maar om angsten weg te nemen, stemmen in het hoofd tot bedaren te brengen, de pijn van incest, mishandeling of verstoting te verzachten. Door herhaald gebruik raakt het delicate systeem van prikkels en beloning in het brein ernstig en voorgoed verstoord. Verslaving is een levenslang aanwezige, blijvende aandoening. Het beeld dat een verslaafde bewust kiest voor een volgende portie, is met de huidige stand van de wetenschap niet meer houdbaar. Dit impliceert overigens niet dat verslaafde patiënten het best af zijn met behandelaren op geitenwollen sokken. Een goede behandeling combineert inlevingsvermogen met vastberaden volharding.

Rob Jamin

Hoewel Dalrymple soms erg scherp is in zijn analyse en daarmee in sommige ogen – ook de mijne – soms doorslaat, is hij wel intelligent, humoristisch, breed georiënteerd, oprecht betrokken en heeft hij recht van spreken.

Peter Post

Theodore Dalrymple is een collega-psychiater naar wie ik niet graag een patiënt zou verwijzen. Er is een enorme overlap tussen geestesziekten en verslaving. Dat zie je terug in de grote aantallen ‘dubbele diagnose’ -patiënten. Daarom vind ik dat je verslaafden net zo goed moet behandelen als patiënten met een depressie

Etienne Olivier

Dalrymple is een man die praat vanuit de praktijk van het gevangenisziekenhuis. Dat zal ongetwijfeld richting hebben gegeven aan zijn nogal radicale standpunten. Daarmee hoef je het nog niet eens te zijn om er gedegen kennis van te nemen. Gemma Blok vertolkt de richting van de ‘deskundigen’ die vanuit ivoren torens en theoretische constructies onze maatschappij zoveel schade hebben bezorgd. Een zin als ‘Dalrymple zet het debat over de verslaving een eeuw terug’, is zo’n prachtige standaardtekst is uit het tijdperk van het politiek correcte-denken. Daarmee zijn de opvattingen van Dalrymple dus in de prullenbak verdwenen en kunnen we die weer vergeten. Die fout mogen we niet opnieuw maken en we moeten dus met de Dalrymples in debat,

Sjaak de Blauwe

Dalrymple vraagt zich met recht af hoe het zit met al die mensen met jeugdtrauma´s, stemmingsstoornissen, persoonlijkheidsstoornissen en schizofrenie die géén drugsverslaafden zijn. Verder is de roep om empathie met de verslaafde natuurlijk roerend. In de praktijk houdt deze empathie bij de meeste mensen echter op wanneer hun auto opengebroken wordt door een verslaafde. Ik geef dan ook de voorkeur aan de visie van Dalrymple, de man uit de praktijk.

Ok van der Plas

Als mijn pleidooi voor een humane omgang met verslaafden ‘politiek correct’ is, dan moet dat maar. Wel ben ik het eens met de kritiek van de heer De Blauwe, die betoogt dat onderbuikgevoelens zoals Dalrymple die verwoordt, serieus moeten worden genomen. Er moet empathie zijn voor verslaafden, maar óok voor burgers die overlast van hen ondervinden. Maar zijn die burgers geholpen met het afschaffen van de verslavingszorg, zoals Dalrymple bepleit? Ik denk het niet, want het werk van verslavingszorgers bestaat nu juist voor een belangrijk deel uit het beperken van de sociale overlast die verslaafden geven.

Gemma Blok

Lees de recensie van Gemma Blok over ‘Drugs’ (Nieuw Amsterdam, € 14,95) via www.nrc.nl/boekenblog