Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.
Bekijk hele krant

Cultuur

Het publiek mag zich best ongemakkelijk voelen

Torre Florim begon zijn band De Staat door een heel album op zijn computer te maken Nu hebben de Nijmegenaren hun derde cd uitgebracht „We namen alle liedjes in één keer op.”

De Staat, met voorman en zanger Torre Florim met achter hem bandleden Jop van Summeren (bas), Rocco Hueting (percussie, samples), Tim van Delft (drums) en Vedran Mircetic (gitaar).
De Staat, met voorman en zanger Torre Florim met achter hem bandleden Jop van Summeren (bas), Rocco Hueting (percussie, samples), Tim van Delft (drums) en Vedran Mircetic (gitaar). Foto Andreas Terlaak

Medewerker Muziek

Het Nijmeegse vijftal De Staat oefende in een oude fabriek driekwart jaar hun nieuwe liedjes, nam op in Frankrijk en liet mixen in Nashville. Zoals blijkt op de nieuwe cd I_CON, heeft De Staat een nieuwe stap gezet. De bars declamerende stijl van voorman Torre Florim wordt ingebed in bibberige synthesizers, ontleend aan actieseries als Miami Vice en Knight Rider, populair in de jaren tachtig. Zo ontstaat een flard retrosfeer.

Weinig bands zijn zo bedreven in het afdwalen van de strakke kaders van de rockmuziek als De Staat. In twaalf hoofdstukken biedt I_CON een avontuurlijk jongensboek, waar stramme gitaarriffs worden geïntegreerd in zowel een exotische zweem (de Afrikaans geïnspireerde beats van Make Way For The Passenger), als in staccato bespeelde dwarsfluiten in Build That, Buy That. En dat zonder aan stootkracht te verliezen.

Praten met zanger/gitarist Torre Florim, die De Staat in 2008 begon, en met drummer Tim van Delft, betekent praten over klank, en de verhouding tussen verschillende ‘geluidsbronnen’. Florim had de eerste Staat-cd, Wait For Evolution (2009), in zijn eentje uitgevoerd door op de computer stuk voor stuk de partijen op te nemen. Dat debuut kreeg zowel nationaal als internationaal veel bijval.

93 mappen met liedjes

Maar inmiddels werkt hij samen met anderen. Florim maakt de eerste aanzet nog steeds in zijn eentje. Daarna worden de ideeën in de oefenruimte uitgewerkt. „Toen we begonnen had ik 93 mappen met liedjes in mijn computer”, zegt hij. „Uit al die ideeën zijn twaalf nummers ontstaan.” Van Delft: „We spelen in de oefenruimte net zolang tot de liedjes zo goed als afgerond zijn. In de studio nemen we ze dan in één keer op, alsof we aan het optreden zijn, allemaal tegelijk spelen we onze partijen.”

Volgens de bandleden verliep het ontstaan van deze derde cd soepel, al was er een moment dat een geplande studioperiode moest worden afgezegd. Ze oefenden verder, want Florim was niet tevreden. „De meeste tijd en aandacht gaat niet zitten in het maken van de liedjes, maar in het idee achter een album. Deze derde cd moest echt anders zijn dan de tweede”, zegt hij. „Er zijn al genoeg cd’s waarop je gewoon een verzameling liedjes hoort. Ik wilde dat deze plaat een eigen karakter zou hebben, met nummers die onderling niet te veel in hetzelfde straatje passen. Ik wilde voor ieder liedje een eigen signatuur. Dat varieert van het lompste nummer dat we ooit gemaakt hebben, ‘Witch Doctor’, tot de Afrikaanse invloeden in ‘Make Way For The Passenger’.”

Zangstem niet kaal laten

In Nashville, onder leiding van gerenommeerde mixer Vance Powell (die ook met Jack White werkt), kreeg Florims zangstem zijn definitieve klank. Powell voegde allerlei effecten aan de zangstem toe. „Zoals galm, vervorming, compressie, autotune. Je kunt een zangstem niet kaal laten, je moet hem altijd bewerken. Waarom? Zonder effecten wordt er geen akoestische ruimte gesuggereerd. Die verbeelding van ruimte bereik je met effectapparatuur.” Van Delft: „Als je een klassieke zanger in een ‘dode’ ruimte opneemt, weet je niet wat je meemaakt. Dat klinkt heel raar.”

Florim: „Bovendien geeft zo’n effect ook nog een extra betekenis. Met galm bijvoorbeeld, maak je iets groter en belangrijker. Dan klinkt het nummer vanzelf alsof het in een stadion gespeeld moet worden. De muziek van Kings Of Leon is daar een voorbeeld van. Hun eerste platen klinken klein en droog, op hun latere platen zit meer galm. Dat verbeeldt precies de zalen waar ze optreden.”

Bij De Staat wordt galm niet lichtzinnig gebruikt. „Soms wilde ik juist het tegenovergestelde. In het nummer ‘Witch Doctor’ wilde Vance het refrein extra galm geven. Ik vond het leuker om het droog te houden, omdat dat op dat moment juist onverwacht is, waardoor de luisteraar wellicht aandachtiger wordt.”

Een opmerkelijk nieuw nummer is ‘Refugee’. Hier wordt een steriele zangstem – vervormd met het in hiphop populaire ‘autotune’-effect – ondersteund door een blubberende baslijn, zo laag en onheilspellend dat het de adem beneemt. Florim en Van Delft zijn eensgezind: „Live gaan we daar vrij lang mee door. Het publiek mag zich ongemakkelijk gaan voelen.”