Dat de meteorologische winter vrij koud begint, zegt niet meteen iets over de rest van het seizoen. Een voorspelling doen over de hele winter "is een beetje als kijken in een glazen bol", zegt KNMI-klimatoloog Hylke de Vries. Wel kan hij met zekerheid zeggen dat het de komende dagen koud wordt met nachtvorst. Vanaf maandag stijgen de temperaturen mogelijk weer. "Wat er daarna gebeurt, is afhankelijk van waar de wind vandaan komt."
Ondanks de vorst zit schaatsen er de komende dagen niet in. En de vraag of we dit jaar een witte Kerst krijgen, is ook niet met zekerheid te beantwoorden. De kans daarop is over het algemeen al vrij klein, namelijk rond de 7 procent.
Meteorologische winter of astronomische winter?
Waar de sterrenkundige kalender 21 december als start van de winter aangeeft, houden weerdeskundigen 1 december aan. Het is makkelijker rekenen en biedt meteorologen en klimaatexperts de mogelijkheid om de seizoenen met elkaar te vergelijken. Op de astronomische kalender wordt meestal de 21e van de maand aangehouden omdat de zon dan precies boven de zuidelijke keerkring, ook wel de steenbokskeerkring, staat.
Kletsnatte herfstmaanden braken records
Het ijzige begin van deze winter staat in schril contrast met de kletsnatte herfstmaanden. In oktober begon het te regenen en eigenlijk is dat niet meer opgehouden. "Het was sinds het begin van de metingen niet zo nat als de afgelopen 45 dagen", zegt De Vries. "De neerslag die we sinds midden oktober hebben gezien, breekt alle records sinds 1906."
De oorzaak van de kletsnatte herfst was een westelijke wind die bijna aan één stuk door lagedrukgebieden meevoerde. Daarbij komt nog de temperatuur van de Noord-Atlantische Oceaan. Die was een stuk hoger dan gemiddeld, waardoor meer zeewater kon verdampen. Dat leidde vervolgens tot meer regen. De Vries: "Ons klimaat wordt sterk beïnvloed door de Atlantische oceaan."
De onophoudelijke regen van de herfst volgde op een extreem warme zomer. Wereldwijd was het zelfs de heetste ooit gemeten. Ook in Nederland lagen de temperaturen gemiddeld bijna een graad hoger dan gemiddeld, op 18,4 graden in De Bilt. Naast hoge temperaturen kregen we afgelopen zomer ook te maken met grillig weer: in juli raasde storm Poly over Nederland en in augustus regende het bovengemiddeld veel.
Vaker nat en warm najaar door klimaatverandering
Een grillig najaar met een flink aantal uitschieters dus. Volgens De Vries kun je die omstandigheden linken aan klimaatverandering. "De zeer natte herfst was een uitzonderlijk geval door de aanhoudende westenwind. Klimaatverandering heeft daar nog een schepje bovenop gedaan." Hoe warmer de aarde, hoe warmer de lucht. In warme lucht zit weer meer vocht, wat zorgt voor meer neerslag.
Als klimaatverandering in dit tempo doorzet, zal een herfst als deze dus vaker kunnen voorkomen. Maar ook kunnen we juist te maken krijgen met uitschieters, denkt De Vries. Zoals Indian summers: droge, warme herfstmaanden. "Nat wordt natter en droog wordt droger."
Dat zal niet bij iedereen acute problemen veroorzaken, maar we moeten ons wel voorbereiden op weersveranderingen. "Schommelingen en extremen horen bij een veranderend klimaat."
Hoe de Nederlandse winter er in de toekomst uitziet, hangt volgens de klimatoloog af van de wereldwijde inspanningen om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. "Lukt dat niet, dan zullen we moeten wennen aan hogere temperaturen en meer neerslag in de herfst en winter", zegt hij. Winters weer en echt koude dagen zullen dan steeds sneller verdwijnen. "Kortom: een ramp voor schaatsliefhebbers."