Noord-Holland eindhalte voor Johan Remkes
DEN HAAG - De 58-jarige VVD'er Johan Remkes heeft in de lokale en landelijke politiek zo ongeveer elke mogelijke politieke functie bekleed. Hij was al op zijn 27ste raadslid en daarna lid van Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten, Tweede Kamerlid, staatssecretaris, minister en vicepremier. Zijn laatste politieke kunstje gaat de ras-Groninger opvoeren in Haarlem, als commissaris van de koningin in Noord-Holland.
Remkes bracht de afgelopen zeventien jaar door in de landelijke politiek. Als Kamerlid had hij het luisterend oor van VVD-leider Frits Bolkestein. ''Eerst even vragen wat Johan er van vindt'', zei Bolkestein vaak. Die beloonde Remkes met de post van staatssecretaris van Volkshuisvesting in het eerste paarse kabinet dat in 1998 aantrad.
Vier jaar later maakte Remkes promotie en werd hij minister van Binnenlandse Zaken en vicepremier in het eerste kabinet-Balkenende. De twee daaropvolgende kabinetten-Balkenende hield hij zijn plek op Binnenlandse Zaken. Remkes kwam in die jaren veel in het nieuws doordat hij ronduit zei wat andere bewindslieden vaak niet durfden. Zo had hij de twee jongens die in Venlo René Steegmans molesteerden zelf graag een ''gigantische rotschop'' verkocht en noemde hij de celstraf voor Volkert van der G., de moordenaar van Pim Fortuyn, relatief mild.
Ongebruikelijke uitspraken voor een minister, maar Remkes kwam er mee weg. Dat werd anders toen hij op de ochtend dat Theo van Gogh werd vermoord (2 november 2004), zei dat de verdachte bekend was bij de AIVD. Dat klopte, maar het leverde gedoe op omdat het Openbaar Ministerie in Amsterdam van niks wist.
Later dat jaar maakte Remkes opnieuw in de beeldvorming geen beste beurt toen hij pas bij de slachtoffers van de tsunami ging kijken nadat de Tweede Kamer daarop had aangedrongen. Remkes was op het moment van de tsunami zelf op vakantie in Thailand, maar bleef op zijn vakantieadres toen de zeebeving verwoestend huis hield.
In die tijd was er ook een interview, waarin Remkes vaststelde dat hij soms verder wilde gaan in de aanpak van terrorisme dan zijn collega Piet Hein Donner (Justitie). Samen besloten ze wel tot aanscherping van het beleid en de instelling van een nationaal coördinator terrorismebestrijding.
De laatste jaren was de immer shag rokende Remkes weer terug te vinden in de Kamerbankjes, waar hij zich bezighield met belastingen, mediabeleid en Antilliaanse Zaken. (ANP)