Direct naar artikelinhoud

Geweld in huis: 500.000 slachtoffers

Ongeveer een half miljoen vrouwen, mannen en kinderen wordt jaarlijks in Nederland in eigen huis mishandeld. De politie heeft dit voor het eerst becijferd. Dit jaar zullen de politiekorpsen ruim 56 duizend incidenten van huiselijk geweld registreren, waaronder 4700 gevallen van kindermishandeling...

Dit blijkt uit het rapport Huiselijk geweld: de voordeur op een kier, dat vandaag wordt gepresenteerd. Het bevat de eerste landelijke gegevens over huiselijk geweld die betrouwbaar worden geacht.Sinds begin dit jaar registreren vrijwel alle politiekorpsen de incidenten op uniforme wijze. Volgens het rapport komt 10 procent van de gevallen bij de politie terecht. Huiselijk geweld betreft niet alleen gewelddadigheden tussen (ex-)partners. Kindermishandeling, aanranding, verkrachting, pedofilie en incest worden er ook toe gerekend. Pesten en treiteren, bijvoorbeeld door het vernielen van eigendommen of het mishandelen van huisdieren, en belaging (stalking), zijn eveneens vormen van huiselijk geweld. Volgens commissaris Gerda Dijksman, landelijk leider van het project 'Huiselijk geweld en de politietaak', is het voor velen binnenshuis onveiliger dan op straat. Ze zegt dat de gevolgen van huiselijk geweld voor de slachtoffers groot zijn. 'Het laat, zeker bij kinderen, diepe sporen na. Kinderen die getuige zijn van huiselijk geweld, blijken later geneigd op straat geweld te gebruiken.'Het rapport stelt dat vooral vrouwen de dupe zijn van huiselijk geweld. Een kleine 20 procent van de slachtoffers is man. Huiselijk geweld tegen kinderen tot 18 jaar werd tot voor kort slechts in een kwart van de gevallen als kindermishandeling geregistreerd. Bij seksueel geweld zijn jongeren uit deze leeftijdscategorie meestal het slachtoffer. Omdat de slachtoffers over het algemeen afhankelijk zijn van de dader, is het voor hen moeilijk, zo niet onmogelijk aangifte te doen. Slechts in een op de drie gevallen waarmee de politie wordt geconfronteerd, durven slachtoffers dat wel.Dijksman zegt dat de cijfers aanleiding moeten zijn voor acties van gemeenten en hulpverlenende instanties. Ze vindt dat gezinnen hulp moet worden geboden, ook al zijn er nog geen strafbare feiten gepleegd. Dat zou moeten gebeuren op basis van meldingen van bijvoorbeeld scholen, huisartsen, consultatiebureaus en buren aan een organisatie die door de gemeente wordt gecoördineerd. Dijksman denkt aan de oprichting van Meldpunten Huiselijk Geweld. Bij de Meldpunten kan begonnen worden met de opbouw van een dossier over een gezin. Dijksman: 'Huiselijk geweld begint klein en stopt niet. Als er al een dossier ligt, kan een officier van justitie veel sneller besluiten tot aanhouding van een dader.'De commissaris pleit ook voor interventieteams die 24 uur per dag inzetbaar zijn. 'De politie kan bij ruzie meestal niet meer doen dan sussen. Een interventieteam zou daarna meteen moeten langskomen en met het gezin aan de slag gaan.'Dijksman hoopt dat het kabinet voor de zomer een wet indient die het de politie mogelijk maakt een dader gedurende tien dagen een huisverbod te geven. 'Het wordt een belangrijk instrument om huiselijk geweld vroegtijdig te stoppen.'