“De Nederlandse oorlogsverslaggeving is aan het verschralen en vervlakken”

In de reeks niches besprak ik al de fotojournalistiek en reisjournalistiek. Deze keer de oorlogsverslaggeving. Over de onafhankelijkheid en objectiviteit van oorlogsjournalisten wordt veel gediscussieerd. Veel oorlogsverslaggevers gaan namelijk embedded te werk: meereizen met militairen en daar verslag van doen. Ik sprak met onafhankelijk oorlogsverslaggever Arnold Karskens. Hij gaat als een van de weinige journalisten unembedded te werk en ziet steeds meer verschraling en vervlakking binnen de oorlogsjournalistiek.

Loonbelastingverklaring_Interval_services kopie
Bron: Twitter

De Nederlandse oorlogsjournalistiek
Karskens vindt dat de Nederlandse oorlogsverslaggeving ondermaats is gebleken. Veel Nederlandse oorlogsjournalisten gaan embedded te werk: ze reizen mee met het eigen leger en doen hier verslag van. “Als een oorlogsverslaggever met het leger meegaat, dan stemt hij ermee in gecensureerd te worden. Hij belicht maar één kant van het verhaal. Dit was vooral het geval in Afghanistan. Alles wat toen geschreven is staat inmiddels niet meer overeind.”

Los van de embedded verslaggeving vindt Karskens de oorlogsjournalistiek altijd al een beetje volgend geweest. Er zijn vaak maar weinig kritische geluiden en journalisten nemen elkaars berichtgeving over. Karskens noemt Syrië als voorbeeld. “Dat het een van buiten opgezette oorlog is, was in 2011 al bekend. We liepen achter de feiten aan. Nederlandse journalisten waren prowesters, volgden de Amerikanen en keken niet kritisch naar de rol van Turkije, Saoedi-Arabië en de Verenigde Staten.

Luie journalisten
Dat het zo slecht gesteld is met de Nederlandse oorlogsverslaggeving heeft volgens Karskens ook te maken met de luiheid van de journalisten. “Als je embedded te werk gaat wordt alles voor je geregeld: vervoer, voedsel, een slaapplek en zelfs de valuta. De Nederlandse journalist is een luie journalist.” De meerwaarde van de journalistiek is om een correspondent in een conflictgebied te plaatsen om een zo een goed mogelijk beeld van de werkelijkheid te geven. Maar hier slaagt de journalistiek momenteel niet in. De politiek in Hilversum is de dader van deze ontwikkeling. “De mainstream media, zoals NOS en Nieuwsuur, doen het helemaal verkeerd. Ze geven oorlogsverslaggevers niet de tijd om een goede reportage te maken. Ze moeten in vijf dagen soms drie verschillende items draaien.”

 

“De Nederlandse journalist is een luie journalist”

 

Er bestaan natuurlijk altijd uitzonderingen op de regel. Zo noemt Karskens Sander van Hoorn, NOS-correspondent gevestigd in Beiroet, een hele goede journalist. Ook bewondert hij schrijver en journalist Robert Dulmers.

Inhoudsloze verslaggeving
Karskens ziet de toekomst van de oorlogsverslaggeving niet heel rooskleurig in. Hij ziet steeds meer verschraling en vervlakking en denkt dat dit in de toekomst een grotere vaart zal nemen. “Oorlogsverslaggeving is een beetje hyperig geworden. Het draait tegenwoordig meer om de emotionele kant van het verhaal. Dit zorgt voor inhoudsloze verslaggeving en de meest simplistische vorm van journalistiek.” Karskens noemt de vluchtelingencrisis als voorbeeld. Het publiek is volgens hem niet meer geïnteresseerd in de waarheid, maar in een zielig verhaal. Bovendien kijken journalisten steeds meer naar de kijkcijfers.

 

“Oorlogsverslaggeving is een beetje hyperig geworden. Het draait tegenwoordig meer om de emotionele kant van het verhaal”

 

 Het probleem ligt bij de redacties van Pauw en De Wereld Draait Door. “Ze moeten serieuze gasten aan tafel zetten. Niet iemand die ooit in de ochtend een vluchteling heeft gedragen. Kijk nou naar Claudia de Breij. Ik ga toch ook geen liedjes zingen op een podium als ik dat niet kan.” Dit is echter makkelijker gezegd dan gedaan. Volgens Karskens is de Publieke Omroep politiek georiënteerd: ze willen een bepaalde politieke boodschap doordrammen. Die Publieke Omroep moet volgens hem veranderen en er moet weer serieus naar het vak gekeken worden.

 Een goede oorlogsjournalist
“Iedere toekomstige oorlogsverslaggever moet mijn boek Reisgids voor de Frontlijn gelezen hebben”, lacht Arnold. “Het is de goedkoopste levensverzekering die er is.” Daarnaast is het van belang dat je nieuwsgierig en zo onafhankelijk mogelijk bent. “Het gaat niet om geliefd willen worden bij het volk, maar gewoon keihard zeggen waar het op staat.” Een andere tip voor de toekomstige oorlogsjournalist is om plekjes op te zoeken waar weinig andere journalisten komen. Anders wordt het heel lastig om nog iets toe te voegen. Als unique selling point noemt Karskens dat je eigen onderzoek moet doen. “Je moet niet op het dagelijkse nieuws zitten, dat gaat veel te snel. Doe zelf onderzoek en trek je eigen plan.”

Hoe onafhankelijk vind jij de oorlogsverslaggeving? Praat mee op Facebook en laat je mening horen! Dit is voorlopig het laatste artikel in de reeks niches. Vind jij dit jammer? Heb jij nou nog een journalist in je hoofd die ik moet spreken? Stuur dan even een mailtje naar lennardswolfs@hotmail.com

Plaats een reactie