Direct naar artikelinhoud

Game-geweld leidt in harmonieus gezin niet tot agressieve kinderen

Kinderen die in een harmonieus gezin opgroeien, worden niet agressiever van videogames of films met veel geweld. Dit blijkt uit onderzoek van Karin Fikkers, die donderdag promoveert aan de Universiteit van Amsterdam.

Nieuw onderzoek brengt nuance in debat
Beeld anp

De nieuwe studie brengt nuance in het felle debat over de invloed van gewelddadige media op kinderen. Het ene kamp zegt dat kinderen ontsporen door agressieve games en beelden, volgens het andere kamp spelen dergelijke media amper een rol van betekenis in het hele kinderleven. Fikkers: 'Mijn studie wijst uit dat er veel verschillen tussen kinderen zijn. Niet iedereen reageert hetzelfde op urenlang series als  Game of Thrones of games als Call of Duty: Modern Warfare 2.'

Fikkers deelde vragenlijsten uit aan duizend Nederlandse kinderen tussen de 10 en 14 jaar, op twee momenten met een jaar tussenpauze. Ze bepaalde de mate van agressie in de familie met vragen als 'hoe vaak schelden jullie elkaar uit in het gezin?' en 'hoe vaak worden gezinsleden zo kwaad dat ze met dingen gooien?' Ook vertelden de kinderen hoeveel uur per week ze met gewelddadige media werden geconfronteerd, en hoe vaak ze zelf scholden of vochten.

Klein effect

Zo bleek dat kinderen uit een harmonieus gezin niet vaker klappen uitdelen als ze veel gewelddadige videogames spelen. Kinderen uit kwetsbare gezinnen - die vaker thuis werden geconfronteerd met geweld - reageren wel iets agressiever bij meer gewelddadige media. Al geeft Fikkers toe dat dit maar een klein effect is. 'De mate van agressie thuis voorspelt veel sterker of kinderen zelf gaan slaan en schelden dan het aantal uren gewelddadige videogames dat ze spelen.'

In een vervolgonderzoek wil Fikkers onder meer kijken of het soort mediageweld uitmaakt voor gedragsverandering bij kinderen. 'In games als LA Noir of Heavy Rain moeten spelers zelf morele keuzes maken of ze wel of geen geweld willen toepassen. Misschien dat de impact daarvan wel heel anders is dan bij een gewoon schietspel.'

M/V

Meisjes zeggen iets meer dan 1 uur per week aan tv-geweld te besteden, en minder dan 1 uur aan game-geweld.

Jongens geven aan gemiddeld ongeveer 2,5 uur per week naar gewelddadige tv te kijken, en 6 uur per week gewelddadige games te spelen.

Uitslag twijfelachtig

Mark Coulson, universitair hoofddocent aan Middlesex University en niet betrokken bij de Amsterdamse studie, onderschrijft het belang van het type onderzoek dat Fikkers uitvoert. 'We zijn er behoorlijk zeker van dat er op populatieniveau geen effect is door gewelddadige media, maar het is mogelijk dat sommige individuen er wel vatbaar voor zijn.' Een beperking van de Amsterdamse studie is dat er alleen gebruik is gemaakt van vragenlijsten. Coulson: 'Dat maakt de uitslagen twijfelachtig, met name wanneer deelnemers vragen beantwoorden over de mate van agressie in hun eigen gezin en hoe vaak ze zich zelf agressief gedragen.'