Direct naar artikelinhoud

Overheid schrapt 'allochtoon' per direct uit vocabulaire

De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) zien met onmiddellijke ingang af van het woordgebruik allochtoon en autochtoon. Daarmee zetten zij een nieuwe norm voor de overheid.

De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid, gehuisvest aan de Lange vijverberg in Den Haag.Beeld Martijn Beekman / de Volkskrant

Het gebruik van het begrippenpaar, in 1989 bepleit in het spraakmakende WRR-rapport Allochtonenbeleid en de laatste jaren al minder gangbaar, is niet langer precies genoeg en te stigmatiserend voor specifieke bevolkingsgroepen.

Dat schrijft de Raad in Migratie en classificatie: naar een meervoudig migratie-idioom, een zogenoemde WRR-verkenning die vandaag verschijnt. De publicatie is formeel nog geen advies aan het kabinet, maar bepaalt wel de lijn in het woordgebruik. De vandaag verschijnende publicatie is de opmaat naar een eindrapport over de grote diversiteit in migratie dat volgend jaar herfst afgerond moet zijn. Voor het bijna dertig jaar gehanteerde jargon komt geen alternatief in de plaats.

'Als dat toch nodig is', schrijft de WRR, 'bijvoorbeeld bij bevolkingsstatistieken, dan spreken we over inwoners met een migratieachtergrond en inwoners met een Nederlandse achtergrond. Ook kinderen van migranten kunnen vallen onder inwoners met een migratieachtergrond.'

Voor het bijna dertig jaar gehanteerde jargon komt geen alternatief in de plaats
De diversiteit en beweeglijkheid onder migranten is zo groot, dat het geen zin heeft over hen in generieke termen te spreken
WRR-lid Mark Bovens, hoogleraar bestuurskunde in Utrecht

Die formulering is overlegd met het CBS om continuïteit in de statistieken te waarborgen, zegt WRR-lid Mark Bovens, hoogleraar bestuurskunde in Utrecht. Ook het CBS zal in zijn binnenkort te verschijnen Jaarrapport Integratie de woorden allochtoon (in het buitenland geboren, of met minstens één in het buitenland geboren ouder) en autochtoon niet meer gebruiken.

Bovens: 'In de publieke sector worden allochtoon en autochtoon steeds minder gebruikt. De diversiteit en beweeglijkheid onder migranten is zo groot, dat het geen zin heeft over hen in generieke termen te spreken. In de top-10 van geboortelanden van immigranten over 2015 staan Polen op 1, Syriërs op 2 en Duitsers op 3. Die hebben onderling weinig gemeenschappelijks, dus in de praktijk heb je er niets aan die allemaal allochtoon te noemen.'

Verder speelt de negatieve klank van het woord allochtoon een rol. Het was ooit bedacht door de socioloog Hilda Verwey-Jonker als een neutraal begrip, om de woorden buitenlander of etnische minderheid te vermijden. Maar die beoogd objectieve werking is verloren gegaan - allochtoon werd zelf een beladen kwalificatie.

'Niet versluieren, maar verhelderen'

Godfried Engbersen, ook WRR-lid en hoogleraar sociologie in Rotterdam: 'We bepleiten niet dat je een achtergrond nooit mag noemen, zoals in Frankrijk gebruik is. Maar doe het heel nauwkeurig. Spreek over Turkse-Nederlanders, of kennismigranten, asielmigranten of economische migranten. Niet versluieren, maar verhelderen.'

De Tweede Kamer nam in maart een motie aan van de leden Ahmed Marcouch (PvdA) en Sadet Karabulut (SP), die minister Lodewijk Asscher (Integratie, PvdA) opriep de woorden allochtoon en autochtoon onder de loep te nemen. De WRR-onderzoekers zeggen nog geen contact met Asscher te hebben gehad. Bovens: 'Wij zijn niet van de taalpolitie. Vaak zijn sociaal-economische factoren veel belangrijker bij criminaliteits- of werkloosheidscijfers, maar soms kan herkomst relevant zijn.'

De WRR wil ook af van de begrippen westers en niet-westers. Nu nog zijn Japanners en Indonesiërs westers, en Surinamers en Antillianen niet-westers. Engbersen: 'Zo nu en dan moet je grote opruiming houden.'

Wij zijn niet van de taalpolitie
WRR-lid Mark Bovens, hoogleraar bestuurskunde in Utrecht