Direct naar artikelinhoud

Bert Wagendorp: 'De boze witte man bestaat niet'

De zoektocht naar de boze witte man is in volle gang. Niet alleen vanuit het Mediapark in Hilversum zijn journalisten op pad gegaan om de boze witte man op te sporen en voor de camera te laten leeglopen, ook kranten doen hun uiterste best boze witte mannen de kolommen in te trekken. Dit om te voorkomen dat zij na de Kamerverkiezingen wéér het verwijt krijgen dat ze de boze witte man hebben genegeerd en dat die daarom PVV heeft gestemd.

Foto ter illustratieBeeld thinkstock

Onze Toine Heijmans schreef deze week over de regionale krant De Gelderlander, waar de zoektocht naar de boze witte man strak gecoördineerd blijkt te worden aangepakt. Hoofdredacteur Jansen stuurde journalisten naar Ede, Tiel, Geldermalsen en Nijmegen met de opdracht boze witte mannen te pakken te krijgen. Ook verzocht de krant via internet boze witte mannen contact op te nemen. 'Ben je boos? Lucht je hart in de krant.'

De krant vond vier boze witte mannen, onder wie één vrouw. Ze moesten op de foto. 'Als ze blij kijken op de foto, moet de fotograaf terug', zei de hoofdredacteur.

Ik ben zelf ook regelmatig een boze witte man, maar ik pas niet in het profiel. Ik heb op de universiteit gezeten, woon in een mooi huis en heb werk. Bovendien woon ik nipt ten oosten van de A2. In het AD zei 'electoraal geograaf' De Voogd deze week dat boze witte mannen zich vooral westelijk van de A2 ophouden.

Als ik wel een typische boze witte man was geweest zou ik deze dagen nog véél bozer zijn geworden. Niet alleen omdat de boze witte man net wat te vaak word afgeschilderd als een domme lul met tatoeages die de hele zooi de tering wenst. Ik zou vooral een withete witte man zijn geworden van de arrogantie die spreekt uit elke bijna uiting over de boze witte man, van het bevoogdende toontje, van het neerbuigende begrip voor de boze witte man - uiteindelijk een sneue diersoort.

De boze witte man bestaat niet. Hij is een constructie van mensen die niet kunnen leven met de diversiteit en breedte van het ongenoegen. Het is gemakkelijk de samenleving in te delen in gewoon volk en kosmopolieten met bakfietsen, in machtelozen en establishment; dat wekt in elk geval de schijn van duidelijkheid en grip op de zaak. Maar het is een ontkenning van de complexiteit en een valse voorstelling van zaken. Het beeld van de boze witte man in de media en de politiek deugt niet. Het is een loze verzamelterm.

Er zijn redenen om boos te zijn, zelfs in Nederland. Maar die boosheid is niet gebonden aan opleiding, woonplaats of werk - net als in de VS, bleek uit alle analyses na de zege van Donald Trump. Het is onverstandig ongenoegen in een hokje te duwen, want dat beperkt de blik en verkleint de kans er met succes iets aan te doen.

Er zijn redenen om boos te zijn, zelfs in Nederland

'Wij zijn ook boos!' hadden ze bij De Gelderlander boven de portretten van drie boze witte mannen en een boze witte vrouw gezet. De vrouw zei dat ze niet boos was, de oudste geïnterviewde dat veel dingen hem 'bevreemdden'. Het waren vier tamelijk genuanceerde verklaringen en er sprak meer onbegrip uit dan boosheid.

Er is in Nederland meer ruimte voor nuance en compromis dan we denken - ook van de kant van de boze witte man die ook een hoogopgeleide zwarte vrouw kan zijn. Maar dan moeten we stoppen met stereotypen, vooroordelen en simpele oplossingen, met het creëren van gezochte tegenstellingen. Het is bijna een versleten woord, maar we moeten op zoek naar verbinding.