De schat bestaat uit 39 goudstukken toegeschreven aan de Eburonen en 70 zilveren zogenaamde ’regenboogschoteltjes’ afkomstig van stammen uit het Rijngebied. De vondst is de eerste Keltische goudschat van Nederlandse bodem en heeft grote cultuurhistorische betekenis. De voorwerpen dateren uit de eerste eeuw voor Christus.

De muntschat is destijds begraven in een kuil van ongeveer 65 centimeter diep. De munten bevonden zich vermoedelijk in een buidel van leer of textiel. Opmerkelijk is dat in de directe omgeving van de schat geen andere sporen van bewoning zijn aangetroffen. De schat lijkt destijds begraven op een onbewoond terrein.

Julius Caesar

De munten dateren uit de tijd van de Romeinse invallen in dit gebied door Julius Caesar. De toenmalige bewoners van dit gebied verzetten zich hevig tegen Julius Caesars veroveringstochten. In hun strijd tegen de Romeinen zochten ze bondgenoten uit onder andere de Rijnzone. De muntschat kan een ruil zijn geweest in dat bondgenootschap.

De vondst werd eerder dit jaar gedaan met behulp van een metaaldetector. Het is nog niet bekend hoeveel de muntschat precies waard is. Geïnteresseerden kunnen de munten dit weekend aanschouwen in het Maastrichtse Centre Céramique.

Foto: Centre Céramique